Nikola Tesla, de uitvinder van de wisselstroomgenerator, was geobsedeerd door het getal drie. En hij niet alleen. Onze hele joods-christelijk-islamitische cultuur steunt op het statief van dit, het eerste oneven priemgetal[1]. En die niet alleen. Ook binnen het taoïsme, het hindoeïsme, het boeddhisme en het geloof van de wicca is de drie van belang. Denk aan de trias politica, de heilige drieëenheid en de drie dwaze dagen van de bijenkorf; tel daarbij op het feit dat we vooralsnog in drie dimensies leven en de uitkomst is onontkoombaar: three is the magic number.
Het triumviraat Elzinga, Kousbroek & Blankert, de drie musketiers van de Amsterdamse figuratieve schilderkunst, besloot het idee van het cijfer drie als grondslag van het menselijk universum te onderzoeken. Voor hen geen schamele dialoog met doek, publiek of geschilderd object. Nee, zij zochten de trialoog, en wel met elkaar. En wat bleek? Ieders werk tekent zich het scherpst af tegen dat van de twee anderen. Elzinga, zo morsig en wuft, Kousbroek, altijd wuft en clean, en Blankert, clean en toch morsig. Als de gelijke zijden van een driehoek houden zij elkaar in een eeuwige balans. Samen vormen hun schilderijen een eenheid die uitstijgt boven hun individuele werk; één tryptiek van goddelijke proporties die in al zijn cleane wufte morsigheid het onverenigbare verenigt. Kortom, op 19 september hangt het motto van de musketiers aan de wanden van de Anita: één voor allen, allen voor één. En garde!
[1] Zoals iedereen weet is drie tevens het eerste Fermatpriemgetal, het eerste Mersennepriemgetal en natuurlijk ook het tweede Sophie Germainpriemgetal.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten